8th virgina
infantry regiment
Met het kiezen van de 8th Va. als onze Civil War uitbeelding hebben we gekozen voor een regiment dat zonder naamsveranderingen de gehele Civil War heeft bestaan. Toekomstig onderzoek zal nog aan moeten tonen of we voor de verschillende jaren van de cyclus nadere aanpassingen aan uniformering en uitrusting moeten doen om een optimale authenticiteit te behalen. Vooralsnog gaan we uit van een generiek beeld van een Va. infanterie eenheid.
Geconfedereerde Civil War uniformen, en uitrusting, die al in het bezit zijn van de deelnemers aan deze uitbeelding kunnen binnen de grenzen van het redelijke doorgebruikt worden.
Het lijkt erop dat we uit kunnen gaan van een tamelijk eenvormig generiek beeld voor de hele oorlogscyclus. De enige uitzondering is waarschijnlijk het jaar 1861. In de cyclus waarin we mee gaan draaien komt deze kwestie pas weer over 4 jaar aan de orde (op het moment van schrijven, eind 2021), dus daar hoeven we ons op het moment niet al te druk om te maken.
Richtlijnen Kleding:
UITRUSTING:
De basis zijn de US modellen van 1855. Allereerst een lederen koppel, 1,9” breed met een ovalen CS gesp, een Va. staatsgesp of een eenvoudige framegesp. Ook ersatz van geverfde canvas kwam voor (dit geldt overigens voor alle leerwerk). Aan de koppel het slaghoedjes tasje (alle modellen toegestaan) en eventueel een (klein) jachtmes. Grote bowies werden niet gedragen. Ze zijn onhandig in gebruik en hangen alleen maar in de weg.
De patroontas is de standaard US M1855 gedragen aan een draagband of rechtstreeks aan de koppel. Afwijkende modellen zoals b.v. bedoeld voor .69 musketten en Enfield patroontassen (Britse import) zijn ook toegestaan.
Haversacks kunnen geteerde US modellen zijn maar ook de diverse CS modellen. Het zelfde geldt voor veldflessen, dus US M1855 of diverse CS tin drums of houten ton modellen.
De diverse knapsacks/ransels waren niet onverdeeld populair, en werden dikwijls als zijnde onhandig weggegooid. Maar als je wilt kun je die dragen. Model niet echt van belang. Wat niet in de haversack past werd over hete algemeen gedragen in geïmproviseerde bedrolls of bum rolls.
BEWAPENING:
​
Als standaard streven we naar de 3-band 1853 Enfield, maar elk percussiemusket van gelijke lengte is bruikbaar. Aangezien onderzoek heeft aangetoond dat slechts een deel van de geconfedereerde infanterie over een bajonet beschikte, is het niet absoluut noodzakelijk dat iedereen zo’n ding heeft.
Een onderofficier kan een NCO sword dragen aan koppelschoen of bandelier, maar ook hier had slechts een minderheid van de geconfedereerde onderofficieren zo’n ding . Bovendien onhandig en tamelijk nutteloos in het veld. Een officier heeft natuurlijk wel een sabel aan zijn sabelkoppel en idealiter ook een revolver.
HET KAMPEMENT:
​
Koken op houtvuur in plaatijzer of gietijzer (zwaar!). Voor gezamenlijk koken kunnen grotere potten aanwezig zijn, maar aangezien ook in het veld gekookt wordt moet iedereen een cornboiler en/of een kleine braadpan hebben. Als eetgerei contemporain bestek, een blikken mok en iets van een bord. Dat kan een blikken bord zijn, een houten kom of een veldfleshelft, of gewoon je braadpannetje als bord gebruiken Een zakmes kan ook erg handig zijn.
Qua tenten is voor in kampementen de A-tent standaard, maar ook shelter halves (US of CS imitatie) of het gebruik va fly’s is mogelijk.
Voor slapen natuurlijk de wollen deken en eventueel een strozak (gevuld met een comfortabel hightech slaapmatje?).
KAMPVOLGERS:​
​
Voor het ontwikkelen van de civiele uitbeelding van
kampvolgers zal individuele begeleiding plaatsvinden.